Wanneer doet de zelfrijdende auto haar entree? Hoe ziet de transitie van zelf rijden naar zelfrijdend eruit? Welke beleidsmaatregelen kunnen deze ontwikkelingen versnellen of vertragen? Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) schets twee transitiepaden naar een toekomstig verkeer- en vervoersysteem met zelfrijdende voertuigen.

Het pad ‘Evolutie van de privéauto’ beschrijft een geleidelijke transitie, waarbij de meeste mensen nog graag een eigen voertuig bezitten. Ze delen het voertuig alleen binnen het eigen huishouden. In het transitiepad ‘Delen in bloei’ wordt voertuigdelen – zowel het bezit als het gebruik – volledig vanzelfsprekend.

Zelfrijdende auto’s kunnen onze maatschappij ingrijpend veranderen, maar er zijn nogal wat onzekerheden. Of deze verandering daadwerkelijk gebeurt, hangt af van hoeveel de auto straks zelf kan, maar ook van wat de consument wil. Als technologische ontwikkelingen voorspoedig gaan, de technologie betaalbaar is, automobilisten zelfrijdende auto’s zien zitten en de maatschappelijke effecten positief zijn, is een ‘zelfrijdende toekomst’ heel goed mogelijk. Doorslaggevend hierbij welke keuzes consumenten zullen maken, hoe zelfrijdend fabrikanten de auto kunnen en willen maken, en in hoeverre de overheid ontwikkelingen faciliteert en reguleert. Alles hangt met elkaar samen. De keuzes die we vandaag maken hebben invloed op hoe de toekomst eruit zal zien.  

In vijf transitiestappen worden de twee paden geschetst met concrete visualisaties. Het onderscheid tussen beide paden zit hem vooral in de mate waarin het delen van autobezit en autorijden en zich in de maatschappij doorzet. De deeleconomie is van invloed: als veel mensen zelfrijdende voertuigen en ritten gaan delen, verandert dit het verkeer- en vervoersysteem radicaal. Maar willen burgers dit? Hoe zit dat met het bezit, gebruik en delen van informatie en data? In welke mate willen mensen auto’s delen? Zijn autofabrikanten in staat om auto’s te ontwikkelen waarbij mens en technologie elkaar optimaal ondersteunen? 

Autodelen nog marginaal
Het aantal autodelers en deelauto’s is momenteel marginaal en van een disruptieve ontwikkeling is nu nog geen sprake. Als de huidige situatie zich voortzet, dan lijkt het ‘Evolutie van de privéauto’-pad waarschijnlijker dan het ‘Delen in bloei’-pad. Dit kan echter veranderen als in de toekomst voertuigen van niveau 5 gedeeld deur-tot-deur-vervoer mogelijk maken en de reiskosten per passagier per kilometer lager worden dan wanneer mensen een zelfrijdende auto bezitten en of leasen (zie BCG, 2016). In dat geval is het zeer wel mogelijk dat mensen die vooral auto rijden vanuit het oogpunt van gemak, ervoor zullen kiezen om auto’s en autoritten en te delen. 

Delen als beleidskeuze?
Of delen op de korte termijn fors toeneemt, lijkt deels los te staan van de ontwikkeling van zelfrij- dende technologie. Vlootbeheerders van deelauto’s of onlineplatformen als Uber kunnen de penetratie van zelfrijdende technologie in de verkeersstroom wel versnellen. Innovatieve apps en reisassistenten hebben op de korte termijn mogelijk een groter effect op het gebruik van (multimodale) deel- systemen. Overheden zouden de ontwikkeling van dergelijke systemen kunnen ondersteunen of faciliteren.

Lees het hele onderzoek en bekijk de transitiepaden

Comment